Stukje historie

VAN GERRIT TOT DRIEKUS, 139 JAAR VAN RIJN FIETSEN

1885 Gert (Gerrit) van Rijn (Czn) komt op 8-5-1885 ter wereld

Kees en Klaasje kregen 8 kinderen n.l. Pieter, Jasper, Gert, Leuntje, Mijntje, Jaan, Bertha en één kind overleed kort na de geboorte. Pieter werd bakker in Roelofarendsveen, Jasper werd bakker in Rijpwetering en drie dochters trouwden ook met een bakker. Alleen Bertha trouwde met een slager uit Wilnis en Gerrit ging in de rijwielhandel.

 

1905 Gerrit begint met Rijwielen herstellen aan de Vrouwenakker.

Zoon Gerrit (1885-1979) werkte al bij zijn vader in de zaak, maar had niet genoeg werk naar zijn zin. Gerrit was erg handig met timmergerei en wilde graag het timmervak leren. Vader Kees zag echter liever dat hij de zaak overnam en wilde hem graag thuis houden. Kort na 1900 werden bij hun naast drie huizen verkocht en Gerrit stelde zijn vader voor die huizen te kopen. Hij zou ze dan opknappen en daarna in rijwielen gaan.

 

“Je bent gek dat je eraan begint”, zei zijn vader, maar…. zo gezegd, toch maar gedaan. Gerrit knapte die drie oude huizen op aan de Ruige kade en de Helling, waar ook een scheepswerf was. Lekker timmeren en klussen, hij was echt in zijn element. Toen de huizen eenmaal klaar waren ging Gerrit, nét 20 jaar oud, in rijwielen. Voor een habbekrats nam hij het rijwielzaakje van brugwachter Kees Ploeg over, die het afstootte omdat ambtenaren van overheidswege geen bijverdiensten meer mochten hebben.

 

1911 Verbouwing en Overname van vader op zoon.

 

In 1911 nam Gerrit de zaak over en werd de uitspanning verbouwd tot woning voor vader Kees en diens 2e vrouw, Anna van Velzen uit Warmond. Dus had hij naast zijn rijwielzaak, nu ook het beheer over het café en de kruidenierszaak.

 

Op 25 oktober 1911 trad Gerrit in het huwelijk met Aleides (Aaltje) van Doorn (1888-1957), dochter van Jacobus van Doorn en Catharina (Kaatje) de Groot van de boerderij “Mea Laetitia” op de Boterdijk. De foerage handel hoorde ook bij de zaak. Meel bijv. werd ingekocht bij molenaar Braat uit Nieuwkoop en doorverkocht aan de mensen. Gerrit bezorgde de boodschappen met een bootje en later met transport- en bakfiets. Het eerste kind, Sien kwam in 1912 ter wereld en een jaar later To.

 

1914 De Eerste wereldoorlog (1914-1918)

Ten tijde van de mobilisatie van het leger (ook Gerrit was opgeroepen), kwam zoon Kees (1914) ter wereld. Hierna volgden nog dochter Co (1915), Annie (1917-jong overleden), zoon Jaap (1919), Annie (1923) en als laatste, zoon Hennie (1927).

 

De tijd die volgde was niet altijd even gemakkelijk. Het gezin van Rijn heeft grote tegenslagen te incasseren gehad. Drie van de acht kinderen overleden op jonge leeftijd, waarvan de oudste twee aan tbc, Sien in 1929 en To in 1931. Moeder van Rijn, een krachtige vrouw, steunpilaar voor het gezin en bedrijf, overleed in 1957.

 

1923-1957 Kerkorganist Gerrit van Rijn

In 1923 volgde Gerrit de organist Dirk Könst op in de R.K. Kerk St. Jans Geboorte in De Kwakel. Orgel spelen was zijn lust en zijn leven. Maar liefst 34 jaar, tot hij in 1957 op 71 jarige leeftijd stopte, bespeelde hij het kerkorgel en begeleidde hij de koren.

 

1925 Winkelverbouwing

In 1925 is de voorpui van de winkel vernieuwd en gemoderniseerd. De verbouwing had te maken met kruidenier Dirk Voorn aan de Drechtdijk in De Kwakel, die dat jaar een nieuwe woning liet bouwen en zijn winkel opknapte. Je moest mee met de plaatselijke concurrentie. Boodschappen, meel en voer werden door Jaap Bartels (de latere postbode) met bakfiets bij de mensen gebracht. De winkel had zelfs een etalage met aanbiedingen.

 

1930 Erkend Rijwielhandelaar G. van Rijn

Op 6 juni 1930 wordt Gerrit van Rijn Erkend Rijwielhandelaar & Hersteller. Dat betekende dat er in de etalage van de winkel fietsen geplaatst moesten worden. Om door de Vereniging van Rijwielhandelaren erkend te worden was je verplicht om je fietsen te laten zien. Dus achter het ene raam kruidenierswaren en achter het andere de fietsen.

 

1940 De Tweede Wereldoorlog (1940 – 1945)

De oorlog bracht langzaam maar zeker een lege winkel, dochter Co hielp mee in de winkel van haar vader. De familie kwam de oorlog redelijk door, er was geen honger, maar wel minder voedzaam eten. De mensen werden toch lichamelijk zwakker.

 

1946 Verbouwing van het woonhuis.

In 1946 werd het huis van vader Kees verbouwd voor zoon Jaap en zijn vrouw. Jaap kreeg de rijwielhandel van zijn vader. Ook zoon Hennie verliet de kruidenierswinkel en ging broer Jaap helpen in de fietsen. In 1950 greep Jaap zijn kans om voor zichzelf te beginnen.

 

1950 H.J. van Rijn Tweewielerzaak & Jac van Rijn Uithoorn.

Jaap van Rijn begon zijn eigen rijwielzaak Jac. van Rijn aan de Wilhelminakade in Uithoorn. De jongste zoon Hennie (23 jaar) nam de rijwielen, bromfietsen en de elektrische artikelenzaak over en begon voor zichzelf aan de Vrouwenakker.

 

Hennie trouwde op 3 januari 1951 met Luus Smit uit Nes aan de Amstel en zij bewoonden de achterzijde van het pand. Hennie en Luus kregen 5 kinderen: 2 zoons en 3 dochters. Aan de voorzijde was de winkel en in het midden het café en het huis van vader Gerrit. Ook dochter Annie en haar man Joop Hoes kwamen er bij wonen.

 

1954 Eigen Winkel en in 1956 de eerste BP benzinepomp in de Vrouwenakker.

In 1954 bouwde Hennie, pal naast zijn woning, een eigen winkel van 3 x 4 meter. De doorgang van het pad was zo smal dat er nét een rijwiel doorheen kon naar achteren, naar de werkplaats. In 1956 kwam het idee van een kennis om een benzinepomp erbij te gaan runnen. Hennie liep vanuit de werkplaats elke keer naar voren om de pomp te bedienen. Dat schoot niet op.

 

Zijn vrouw Luus kwam met de oplossing: “Ik ga niet alleen de kinderen opvoeden, ik bedien de pomp wel”. Zo kon Hennie sleutelen en verkopen, terwijl Luus het aan de voorzijde regelde. De auto’s stonden nog gewoon vlak langs de weg en de pomp bijna tegen het huis aan. De fietsenwinkel werd later uitgebreid tot wel 3 x 7 meter, het bedrijf groeide uit zijn jasje. De naaste buren waren eerst de kruidenierswinkel van Martinus van Vliet (vader van Bertus) en later nam Cor Hogenboom (Stuiver) deze winkel over. Cor zijn vrouw runde ook de winkel en de ijskraam. Zo konden mensen tanken bij van Rijn en een ijsje halen bij Hogenboom.

 

1956 Overname van de winkel door Jaap & Annie Hoes – van Rijn.

Joop Hoes en Annie van Rijn trouwden op 7 augustus 1956. Annie en haar man Joop Hoes namen in 1956 de winkel over van vader Gerrit. Deze runt nu alleen nog het café en was blij dat hij de winkel niet meer had. Het was in die tijd een VéGé  winkel, een vereniging van grossiers. Op 11 april 1957 worden er Fijne vleeswaren aan het sortiment toegevoegd.

 

1961 Voedt U goed – HOES weet hoe het moet!

Snelbediening VéGé, Levensmiddelenbedrijf J.W. Hoes.

Winkelverbouwing door Annie en Joop Hoes.

26 april 1961 is de heropening van de verbouwde winkel.

Vanaf 27 april zijn er allemaal aanbiedingen in de winkel, zoals Artic Roomijs.

‘Wij horen correct en bezorgen perfect!’ was één van de slogans op posters.

Na het VéGé tijdperk werd er voor de nieuwe formule gekozen van Sperwer: De naam 4 = 6.

 

1969 Honderd jaar Familie van Rijn, 25 april 1869 – 1969

Café, slijterij, levensmiddelenzaak, een tweewielerzaak annex benzinepompen eraan toegevoegd. Er waren acties in alle winkels van familie van Rijn en slogans op de ramen.

Gestookte Citroen nergens zó fijn als bij Gerrit van Rijn.

U weet het… Locomotief… De winnende fiets! bij H.J. van Rijn

Langs de weg stond er op een reclamebord naast de winkel van Hoes: “Uw adres voor Specialiteiten en Delicatessen”.

 

1972 Nieuwe toekomstplannen.

In 1972 gaf buurman Cor Hogenboom aan, dat hij ging stoppen met de winkel en met venten. Hennie Sr. kocht het pand en de grond van de buurman en maakte plannen voor de toekomst. Hennie jr. was ook opgeleid voor rijwielhersteller en zag zijn toekomst ook in de zaak. De hele boel ging plat en er verrees een geheel nieuw pand met een ruim tankstation.

 

1976 Gerrit van Rijn vertelt in een interview over De Kwakel van vroeger. (uit het kerkblaadje De Brug van 1976)

Ja, daar is zoveel aan veranderd. Alleen mijn café, dat is nog precies hetzelfde gebleven. Ook mijn huis is niets veranderd, dat laat ik allemaal zo. Dat herinnert mij aan de tijd die allang voorbij is. Neem nu maar eens mijn café, daar verkocht ik flesjes bier voor 8 cent. Een kruikje van een halve liter koste een dubbeltje. Een borreltje 5 cent per glaasje. Ook herinner ik mij nog heel goed adt ik hele beste sigaren verkocht voor 2,5 cent. Ze heette H.M. Panser Dekschip. Ik had zelfs sigaren van 10 cent en ze waren nog te roken ook.

 

Mijn vader Cees van Rijn heeft mij eens het volgende verhaal verteld: er woonde iemand op de Boterdijk in de boerderij waar Könst in heeft gewoond. Deze man liet zich mijnheer noemen. Dat was nu eenmaal zo. Het was gewoon je achternaam en meer niet. Bij deze mijnheer nu moest mijn vader sigaren gaan brengen van 100 voor 1 gulden, want het moesten weggevertjes zijn. Daar moet je nu mee aankomen!

 

En wat is er die jaren veel veranderd aan huizen en wegen. Ik weet nog als de dag van gisteren dat er een klapbrug over de Amstel lag. De Drechtdijk is nu nog niet best, maar toen was er een pad, meer niet. Van mijn vader weet nog dat de Drechtdijk er nog helemaal niet was. Er was alleen water, met daartussen stukken grond. In 1875 is de oude R.K. Kerk afgebouwd. In 1871 zijn ze ermee begonnen en 5 jaar hebben ze erover gedaan om te bouwen. Toen die klaar was, zijn ze aan de Drechtdijk begonnen en hij was in 1884 af, want die mensen moesten toch naar de kerk. Maar dat was voor mijn tijd hoor. Wel weet ik nog heel goed dat er een molen stond op de kaai, (Jaagpad) waar nu Mevr. Turk woont. De Vrouwenakkerse Molen waar de familie Verhaar de molenaar was.

 

Er voer een stoomboot door de Amstel van Amsterdam naar Leiden en Gouda. Dat was “De Volharding”. Die ging dan de levensmiddelen halen. Dat moet geweest zijn in de buurt van 1906-1912. Ik heb nog een kist helemaal met zink beslagen, die ging mee op de boot. In die kist zat een apart vakje. Daar ging een briefje in met de bestellingen en ook het geld. Twee dagen later kwam hij weer terug met de levensmiddelen, die ik dan weer kon verkopen. De bezoekers die meevoeren, gebruikten bij ons dan meestal een consumptie in het Café.

 

Bestaande boerderijen waren de huidige boerderij van Kooyman, Th. van Rijn, Wim van Rijn en van Verhaar. Op “Halfwegen” stond er een, die nu afgebroken is. Alleen het zomerhuis staat er nog. Er wonen nu drie gezinnen in. Dan had je op “Halfwegen” een klein huisje staan, op de plaats waar nu Nic Vervoorn woont. Daar wonde ene Janus Poelwijk, een verschrikkelijke arme man. Er werden in die tijd karpers gevangen, zo oud en taai, niet om te eten, knotsen van beesten. Die kwamen uit de Poel (Westeinderplas) vandaan. Die kapers kreeg Janus Poelwijk om te roken en om op te eten.

 

Ik weet nog goed dat ze de polder hier droog gemaakt hebben. Waar nu de Kuil begint hadden ze een keet gebouwd van riet. Daar sliepen ’s nachts de Polderjongens in, zoals wij ze noemden. O, ja het volgende wil ik ook nog even vertellen. Het huis bij de beroemde Kwakelse brug, waar Mevr. de Blieck gewoond heeft, dat is gebouwd op teertonnen vol geslagen met wilgenslierten. Nou, en het staat nog stevig hoor! Vóór die tijd heeft daar een ark gelegen en er woonde ene J. van der Zwaan in. Hij ging ploegen in Frankrijk en daar vandaan heeft hij ook een meisje mee gebracht.

 

Een verschrikkelijke leuk voorval was van Kees Endhoven. Dat was een winkelier, die woonde op de plaats waar To van Doorn heeft gewoond. Hij bracht zijn bestellingen weg met de hondenkar, helemaal naar Kudelstaart. Die hond nu had het zo vreselijk goed bij hem: hij was zo vet als modder. Op zekere dag, het was snikheet, ging hij weer met zijn hondenkar naar Kudelstaart, maar op de terugweg, wilde het beest niet meer verder. Toen had je moeten zien: de hond in de kar en Kees erachter.

 

Ik had in die tijd wel min rijbewijs, dat was in 1928. Afrijden was er nog niet bij: voor fl. 2,50 was je de man. Van mijn school herinner ik me nog als de dag van gisteren,hoe daar een meisje de school binnen kwam met rode kousjes aan en witte klompen. Het is mijn vrouw geworden. Onze school stond op de Boterdijk, waar nu Jaap en Thijs van Doorn, Ab Meijer en Kees Kouwenhoven wonen.

In het huis, waar nu Mevr. Schelling woont, woonde toen ene Alberts, Hij zat zwaar in de schulden. En daarom zou alles publiekelijk verkocht worden. Er kwamen zo’n 200 socialisten uit Amsterdam en die zouden dan wel eens goedkoop opkopen. Onder de inboedel was ook een groot houten kruisbeeld. Daar begonnen ze een beetje de gek mee te steken. Kun je begrijpen, dat namen de Kwakelaars niet! Want we waren in die tijd een goed katholiek dorp, en je moest niet de gek steken met heilige dingen. Ze zijn toen aan het vechten geslagen. De Kwakelaars wonnen hoor! Wel onder de bedreiging terug te zullen komen. Maar we hebben ze nooit meer gezien. Ik zou nog wel meer weten, maar dat maar eens een ander keer.

 

1978 Het Café gesloten op 9 juli 1978

Gerrit kon zelf heel goed biljarten en bleef dit doen tot het eind aan toe, hij was al 93 jaar. Het café van Gerrit van Rijn bleef open tot 9 juli 1978, daarna kwam er een bordje “Gesloten” te hangen. Dochter Annie Hoes-van Rijn gaf aan dat op 9 juli 1978 Jan Könst (Czn) de laatste betalende klant was. Na maar liefst 109 jaar door de familie van Rijn gerund te zijn gingen uiteindelijk de deuren definitief toe! Een monument hield op te bestaan.

 

1979 Einde aan een bewogen en werkzaam leven.

Op 28 november 1979 overleed Gerrit van Rijn op 94-jarige leeftijd (Geboren 8-5-1885 – Overleden 28-11-1979)

 

1987-1988 Sluiting van de Kruidenaarswinkel Hoes – van Rijn.

In 1887 werd de laatste wijk bezorgd door Annie en Joop Hoes en namen zij afscheid van hun klanten. Sluiting van de levensmiddelenwinkel op 13 februari 1988, na meer dan 30 jaar.

 

1997 De 4e generatie van Rijn aan de Vrouwenakker neemt het roer over.

Wegens problemen met zijn gezondheid besluit Hennie Sr. in  1997 zich terug te trekken en de zaak over te doen aan zijn zoon. In 1998 sloten Hennie en Gerda zich aan bij de retailorganisatie “Bike Totaal”. De gezondheid van Hennie van Rijn Sr. bleef achteruit gaan. Hij overleed op 4 april 2000 op 73-jarige leeftijd. (1927-2000)

 

2002-2008 Drukke werkzaamheden aan de Vrouwenakker.

In 2002 vonden er wat kleine aanpassingen plaats aan de winkel, werkplaats en tankstation. Het allereerste pand staat nog steeds op dezelfde plek en wordt bewoond door mevrouw Annie Hoes-van Rijn in het voorste gedeelte en mevrouw van Rijn-Smit in het achterste gedeelte.

 

In april 2008 bestaat het familiebedrijf al 139 jaar.

En al die jaren op dezelfde plek aan de Amstel. De derde Vrouwenakkerse brug is in de maak, na eerst een pontje, de dubbel klapbrug en de stalen brug, is er nu een pontonbrug neergelegd als tijdelijke oplossing. Er komt een moderne brug, die berekend is op een moderne (en vaak zware) verkeer en waar ook fietsers zich veilig op kunnen begeven. Daarom is de huidige, tijdelijke weg met een bocht gelegd óm de plek heen waar deze nieuwe brug geplaatst wordt. Deze bocht wordt weer gesloopt zodra de nieuwe brug er ligt, zodat waterverkeer óók weer mogelijk is. Aan de Vrouwenakkerse kant is voorts een rotonde gepland, waardoor de weg niet meer vlak naar de oude woning raast maar enige meters vandaan.

 

2011 5e Generatie van Rijn aan de Vrouwenakker

Driekus van Rijn, oudste zoon van Hennie Sr. treed, samen met zijn ouders, in de zaak.

2011-2012 Verbouwing Winkel en Werkplaats

Zowel de winkel als de werkplaats worden gemoderniseerd met een nieuw logo

Van Rijn Fietsen | Vrouwenakker
Van Rijn Fietsen | Vrouwenakker